We leven in een samenleving die sinds de tweede wereldoorlog meer en meer gefixeerd is geraakt op het bewerkstelligen van materiële groei en welvaart, en daar intussen ernstig aan verslaafd is geraakt. Zo ernstig verslaafd dat we in een (economische) werkelijkheid terecht zijn gekomen waarin we het ons niet kunnen permitteren om even niet te groeien. Er is zoveel hypotheek genomen op toekomstige groei, dat het al ‘crisis’ wordt op het moment dat onze economie eventjes niet meer groeit. Stilstand is acheruitgang, en achteruitgang is doem en duisternis.
Deze fixatie, deze dictatuur van de economische groei, zorgt er niet alleen voor dat er in onze samenleving amper ruimte is voor rust en inkeer, maar geeft ons ook een verwrongen beeld van wat groei eigenlijk is en volgens welke wetten zij werkzaam is. Verblind als wij zijn door dat wat glinstert in de hoogte, zien we niet meer hoe dat wat opwaarts blinkt direct verbonden is met dat wat neerwaarts afdaalt. In Boeddhistische termen, we zien wel de prachtige wit bloeiende lotus, maar we zien niet hoe zij geworteld is in de modder.
Het gist dat het brood doet rijzen
Toch komt alle waarachtige en duurzame groei voort uit dit wortelen in de modder, in de donkere diepte van het leven. Modder, dat is wat wij ervaren als tegenslag: het zijn de fouten die wij maken, de onbewuste misslagen, de pijnlijke consequenties van ons eigen gedrag. Het is ook datgene wat ons overkomt zonder dat wij daar iets aan kunnen doen, het soms stompzinnige lot, de botte pech. De mate waarin wij in staat zijn ook deze bittere of zure aspecten van ons bestaan op te nemen als het gist wat ons dagelijks brood doet rijzen, bepaalt de mate waarin wij ons als mens ontwikkelen. Wie geen fout wil erkennen, geen tegenslag duldt, geen schaduw van zichzelf wenst te zien, zal blijven hangen in steeds weer dezelfde groef, totdat hij of zij een karikatuur is geworden van zichzelf.
Holy shit
Het is de diepe wijsheid van het Engelse gezegde ‘bless your obstacles’ als ook van de kreet ‘holy shit’, waarmee het moment dat iets tegenzit of misgaat vervloekt, maar op de valreep toch nog geheiligd wordt. In wat wij ervaren als weerstand zit onze voeding, zoals dat is voor het zaadje wat naar het licht wenst te groeien: de aarde maakt het haar moeilijk, maar voedt haar tegelijkertijd ook met de stoffen die zij nodig heeft. De grote dichter Dante ervaart het als hij in het midden van zijn leven neerdaalt in de hel, in zijn hel, en hoopvol prevelt: “elke stap neerwaarts gaat me dichter naar de hemel brengen”.
Levenskunst
Dit vraagt waarachtige levenskunst, een combinatie van moed, vertrouwen en een lichte tred. Om het donker te aanvaarden, binnen te laten komen, je erdoor te laten raken, maar er niet als een slachtoffer in te blijven hangen. Om het te heiligen, door het licht te bevrijden wat in elk donker aanwezig is en je lot te ondergaan als door het leven geschonken therapie. Het verworven zicht op wat je je niet bewust was van jezelf, het oprechte berouw over wat je zelf gezaaid hebt, de mogelijkheid tot herstel en tot ommekeer. Of als het werkelijk gaat om pure tegenslag, de creativiteit die het juist daardoor in jou kan losmaken, hoe het je kan openen voor het leed van anderen, maar vooral dat hoe de levenslust die overeind blijft je alleen maar sterker kan maken.
Laten we juist nu de dagen lengen, het ieder dag weer lichter wordt, het donker eren en de modder in ons leven blijven cultiveren als voedingsbodem voor vele prachtige lotussen.