Vorige week woensdag, precies een week geleden, in de sfeervolle ruimtes van de oude Gelderlandfabriek in Culemborg, was het dan zover: de presentatie van ons nieuwe boek ‘Bezieling werkt; acht bronnen van groei en ontwikkeling in organisaties’. Ik kan het niet laten er hier iets over te schrijven, zo vol is mijn hart er nog van.
Wat mij het meest raakte in de bijeenkomst was de presentatie van mijn O&A-team. Ik zelf had het ooit als idee in een van onze vergadering geopperd: hoe zou het zijn om twee musici te vragen muziek te improviseren op de acht bronnen? En dat jullie dan tussen de muziek door ieder afzonderlijk het podium op komen en met een stukje tekst, een gedicht of iets anders de bronnen introduceren? Een idee dat direct aansloeg. Ook de musici waren snel gevonden: fluitiste Liesbeth Niesten, een vriendin van mij, en pianist Herman Weelink, de broer van onze collega Janneke, verklaarden zich bereid dit avontuur met ons aan te willen gaan.
Pure magie
De uitvoering overtrof alle verwachtingen. Het samenspel van Liesbeth en Herman was fijnzinnig en afgestemd, de bijdragen van mijn collega’s stuk voor stuk even krachtig en origineel. Alles viel prachtig op zijn plek, zeker toen Liesbeth het waagde haar fluit neer te leggen en haar stem begon in te zetten. Het was pure magie hoe iedereen door elkaar werd opgetild en zo boven zichzelf kon uitstijgen, zonder dat er enige gezamenlijke voorbereiding aan vooraf gegaan was (of misschien wel juist daardoor!). Na afloop waren velen van de aanwezigen aangeraakt en ontroerd: de vonk van bezieling ervaren en op bijna iedereen overgeslagen.
Congruentie
Zo werd heel tastbaar wat ik in mijn inleidend praatje centraal had gesteld: hoezeer wij een geheel zijn dat datgene wat zij beoogt in de buitenwereld zelf met elkaar in haar eigen binnenwereld ook echt waar maakt. In plaats van wat wij zo vaak zien gebeuren in organisaties, dat men in de buitenwereld iets probeert te zijn wat in de binnenwereld niet geleefd wordt. En dat al die prachtige waarden waar zo veel organisaties mee pronken, slechts een dun laagje vernis zijn, een masker, waar iets heel anders achter schuilgaat. Leraren, die van hun leerlingen vragen zich te openen voor nieuwe kennis, maar zelf vastzitten in hun eigen kennis en routines. Medici, die zelf uiterst ongezond leven. En collega organisatieadviseurs, die zelf niet in staat zijn op een goede manier samen te werken met elkaar.
Zonder onszelf te veel op de borst te willen kloppen, wij maken het in onze eigen ITIP binnenwereld doorgaans wèl waar, van bezieling tot vertrouwen, van waarachtigheid tot mededogen, van zelfonderzoek tot verantwoordelijkheid, van leiderschap tot kringbewustzijn. Zo is de inhoud van het boek ook tot stand gekomen: laten wij eens proberen te formuleren waarom ‘het’ werkt bij ons, hoe wij er zelf voor zorgen dat het bezielend is om deel uit te maken van ons geheel?
Levend brood
Wat ik daar overigens in mijn praatje wel direct aan toevoegde was, dat het niet zo is dat het bij ons een soort walhalla is, waar je je maar aan hoeft over te geven en dan komt het wel goed, wat sommige mensen neigen te denken. Natuurlijk hebben wij zelf ook regelmatig zo onze verwikkelingen en problemen, en is het bij tijd en wijle voor ons zelf ook hard werken om bezield te blijven. Maar de moeite wordt gedragen door de stroom van bezieling. En de problemen en verwikkelingen fungeren daarbij voor ons als het noodzakelijke gist in het brood wat wij met elkaar aan het bakken zijn. Ze zorgen ervoor dat het kan rijzen en dat wij zelf tot brood kunnen worden voor de wereld, levend brood. Levend brood, dat is wat mijn O&A-team samen met de musici voor de aanwezigen even konden zijn. En dat is wat ik hoop dat ons boek voor de wereld mag zijn, brood voor de ziel.
1 reactie